maandag 7 februari 2011

Terug

"Kijk naar de beelden die verschijnen. Alsof er een toneel voor je geestesoog verschijnt waarop jouw leven zich afspeelt. Wie komen er in je stuk voor. Wat zie je gebeuren?" De blauwe stoel waarop ik zit is comfortabel, mijn billen voelen lekker warm.  Buiten is de veegmachine eindelijk opgehouden met zijn ijverige werk. Vanuit de nieuwe stilte richt ik me op het toneel, ergens net onder mijn voorhoofd. De verwarmingsbuizen knerpen terwijl voor mijn ogen kleine slangetjes dansen in een oranje zonnebad. Dan merk ik een bal op. Of eerder een bonk. Precies in het midden van het warme licht dat vroeger in de woonkamer viel, gefilterd door het zonnescherm. Langzaam nader ik. Angstig voor een monster, een stinkend 'iets'. Als eerste ruik ik, gist. Dan kijk ik, lichtbruin en kwabbig. Ik steek mijn hand uit en voel zachtjes. Dan weet ik het. Brood, ongebakken, klaar voor de oven. Er ligt een bruin volkoren in mijn hoofd te rijzen, op de richel van mijn neusbeentje.